Interview met projectleider Dr. G. Collin
Kunt u uitleggen waar u onderzoek naar doet en waarom u dat doet?
Psychische aandoeningen ontstaan niet van de ene op de andere dag. Meestal is er een aanloop met eerst mildere klachten die in de loop van de tijd verergeren. Behandeling wordt over het algemeen pas ingezet als er eenmaal ernstige klachten zijn ontstaan, terwijl vroege interventie wellicht kan voorkomen dat vroege klachten uitmonden in psychische aandoeningen. Veelvoorkomende vroege klachten zijn zogenaamde internaliserende problemen, zoals angst, piekeren en somberheid. Dit soort klachten komen de afgelopen jaren steeds vaker voor onder jongeren. Het doel van mijn project is om te onderzoeken of vroege interventie kan voorkomen dat internaliserende problemen in jongeren ontaarden in bijvoorbeeld een depressie of psychose.
Kunt u uitleggen op welke manier u dat onderzoek gaat uitvoeren?
We gaan gebruik maken van een mindfulness training die wordt aangepast aan jongeren in onze doelgroep. Jongeren tussen de vijftien en vijfentwintig jaar die zich melden bij een hulpverlener (huisarts, (school)psycholoog of POH-GGZ) vanwege internaliserende problemen, zullen worden uitgenodigd om deel te nemen aan onze studie. Deelnemers worden gerandomiseerd in twee groepen: treatment as usual’ (TAU) of TAU + onze mindfulness training. We volgen de jongeren in de tijd om te zien of de jongeren in de mindfulness groep minder psychische problemen ontwikkelen en meer welbevinden laten zien. Daarnaast maken we gebruik van bestaande MRI-data uit eerder onderzoek om te kijken naar neurobiologische mechanismes van internaliserende problemen in jongeren en hoe mindfulness training deze systemen kan beïnvloeden.
Kunt u iets zeggen over de resultaten die u hoopt te behalen?
Ik hoop dat mijn onderzoek aantoont of vroege interventie door middel van mindfulness training kan helpen voorkomen dat milde klachten bij jongeren uitmonden in ernstigere psychische problemen. Als mindfulness training effectief is bij internaliserende problemen in jongeren en hun welbevinden bevordert, kan het een belangrijk hulpmiddel zijn om de weerbaarheid van psychisch kwetsbare jongeren te vergroten. Daarnaast hoop ik meer te leren over de hersensystemen die betrokken zijn bij dit soort vroege klachten, hoe die systemen zich ontwikkelen in de gevoelige periode van adolescentie naar (jong)volwassenheid, en hoe mindfulness training op die systemen aangrijpt.
Welke kansen biedt (of wat betekent) dit fellowship voor u persoonlijk?
Tot dusver heb ik vooral onderzoek gedaan naar de neurobiologie van psychotische en ernstige stemmingsstoornissen. Het huidige onderzoeksproject biedt me voor het eerst de kans om te onderzoeken hoe we dit soort aandoeningen kunnen voorkomen of verminderen. Als psychiater is het belangrijk voor me om deze stap te zetten omdat ik op een concretere manier wil bijdragen aan het verbeteren van behandelmogelijkheden en uitkomsten voor (jonge) mensen met een psychische kwetsbaarheid.
Waarin is dit onderzoek vernieuwend of grensverleggend?
We weten al dat mindfulness training effectief is in de behandeling van allerlei psychische en lichamelijke aandoeningen. Wat we niet weten is of mindfulness training ook effectief is in het voorkomen van psychiatrische ziektes. Aangezien stress een belangrijke rol speelt in de ontwikkeling van psychiatrische aandoeningen zou het aanleren van een adaptieve manier van omgaan met stressvolle levensgebeurtenissen een blijvend beschermend effect kunnen hebben. En als dat het geval is zou toepassing in kwetsbare jongeren bij uitstek kunnen bijdragen aan het terugbrengen van chroniciteit en het verminderen van de persoonlijke, maatschappelijke en financiële kosten van psychische ziektes.