Mobiele menu

Cost-effectiveness of different strategies for the treatment and monitoring of ocular hypertension and glaucoma

Als de druk in de oogbol stijgt (oculaire hypertensie), ontstaat boven een bepaalde druk schade aan de zenuwcellen in het oog (glaucoom). Dit veroorzaakt geleidelijk toenemende uitval van het gezichtsvermogen, soms uiteindelijk totale blindheid. Dit proces is te vertragen of zelfs te stoppen met diverse behandelingen (oogdruppels, pillen, laserbehandeling, chirurgie). Aangezien niet iedereen met oculaire hypertensie ook glaucoom ontwikkeld en blind wordt, is het de vraag wanneer er het beste kan worden ingegrepen. Er moet een balans gezocht worden tussen de kosten en eventuele bijwerkingen van de behandeling enerzijds en het behoud van zoveel mogelijk gezichtsvermogen. In Maastricht is op basis van beschikbare gegevens over het voortschrijden van het ziekteproces en over de kosten van diverse vormen van behandeling een model ontwikkeld waarmee de kosteneffectiviteit van diverse scenario’s kan worden berekend. Berekeningen met dit model maken onder andere duidelijk hoe ouder de patiënt, des hoger de oogdruk moet oplopen wil het inzetten van een behandeling leiden tot kostenbesparing en gezondheidswinst.

Verslagen


Eindverslag

Doelstelling Het doel van dit onderzoek was om alle medische, wetenschappelijke en economische gegevens die nodig zijn bij de ontwikkeling van behandelrichtlijnen voor oculaire hypertensie en primair open-kamerhoek glaucoom te verzamelen en te combineren. Vraagstelling Wat is de meest kosten-effectieve strategie voor de behandeling van oculaire hypertensie en primair open-kamerhoek glaucoom? Opzet De vraagstelling is beantwoord door middel van gezondheidseconomische analyses met behulp van een simulatiemodel. In dit discrete event simulation model werd de ziekteprogressie van individuele patiënten (1e orde) bij verschillende behandelstrategieën nagebootst. Het natuurlijk beloop van de aandoening en het effect van de verschillende behandelmogelijkheden op dat beloop waren gebaseerd op de wetenschappelijke literatuur en inschattingen van glaucoomdeskundigen. Aan de gebeurtenissen en ziektestadia in het model waren kosten en gezondheids-effecten verbonden. Op basis van de gemiddelde uikomsten van een groot cohort gesimuleerde patiënten is steeds een inschatting gemaakt van de levenslange kosten en effecten (in Qaly’s) van een behandelstrategie ten opzichte van een referentie. Er zijn 2e orde analyses uitgevoerd om de onzekerheid rond de modeluitkomsten inzichtelijk te maken, en om de multivariate gevoeligheid te toetsen. Tevens zijn er enkele univariate strucurele gevoeligheidsanalyses uitgevoerd. Er is gebruik gemaakt van het maatschappelijk perspectief, en toekomstige kosten en effecten zijn verdisconteerd. Bij de ontwikkeling van het model zijn zowel de richtlijnen voor farmaco-economische analyses als die voor gezondheidseconomisch modelleren in acht genomen. Het model en de resultaten zijn getoetst op indruks-, interne- en externe validiteit, steeds met bevredigend resultaat. Bevindingen Binnen dit project is een valide en flexibel gezondheidseconomisch model ontwikkeld dat op een interactieve manier gebruikt kan worden bij het ontwikkelen van behandelrichtlijnen voor oculaire hypertensie en primair open-kamerhoek glaucoom. Met dit model zijn de huidige behandelrichtlijnen en variaties daarop doorgerekend. De incrementele kosten van de huidige behandelstrategie versus ‘niets doen’ in patiënten met primair open-kamerhoek glaucoom waren naar verwachting −€ 18 718 per patiënt. De gezondheidswinst was 1.13 Qaly’s. Bij patiënten met oculaire hypertensie zou ‘iedereen behandelen’ versus ‘niemand behandelen’ gepaard gaan met incrementele kosten van −€ 878 en een gezondheidswinst van 0.33 Qaly’s per patiënt. Wanneer (een benadering van) de huidige behandeling van primair open-kamerhoek glaucoom als uitgangspunt werd genomen, vonden we dat het verlagen van de targetdruk bij een gemiddeld populatie glaucoompatiënten naar 15 mmHg gepaard ging met incrementele kosten van −€ 2 600 per patiënt en 0.13 gewonnen Qaly’s. Het verlagen van de frequentie van gezichtsveldmetingen leidde tot een besparing van € 449 per patiënt bij een verlies van 0.01 Qaly’s (€ 39 900/verloren Qaly). Het verlagen van de controlefrequentie in stabiele glaucoompatiënten zou naar verwachting gepaard gaan met een besparing van € 691 zonder gezondheidseffecten. De incrementele kosten en effecten die gevonden werden voor het wijzigen van de eerstelijnsmedicatie van timolol naar latanoprost waren kleiner dan de waarden die aan toevallige variatie rond nul toegeschreven zouden kunnen worden. In gesimuleerde subpopulaties van patiënten met oculaire hypertensie resulteerde de vergelijking tussen ‘direct behandelen’ en ‘afwachten tot conversie’ in kostenbesparingen en gezondheidswinst bij patiënten met ofwel een hoog extra risico ofwel een oogdruk hoger dan 26 mmHg. Daarbij speelde ook leeftijd een rol. Naar verwachting is de oogdruk waarboven direct behandelen leidt tot kostenbesparingen en gezondheidswinst bij patiënten van 55 jaar 24.4 mmHg, bij 65 jaar 26.5 mmHg, bij 75 jaar 34 mmHg en bij 85-jaren zou het nooit kostenbesparend zijn om direc
Het doel van deze studie is het geven en integreren van de medische, wetenschappelijke en economische inhoud voor het ontwikkelen van een protocol voor de behandeling van patiënten met oculaire hypertensie (OH) of primair open-kamerhoek glaucoom. De primaire vraagstelling van deze studie is: Wat is de meest kosten-effectieve strategie voor de management van patiënten met OH of POAG, rekening houdend met de aard en intensiteit van de behandeling en de methode en frequentie van de follow-up van patiënten voor het ontdekken van ontstaan en progressie van POAG. Een secundaire vraag is: Is de meest kosten-effectieve strategie verschillend voor subgroepen die worden onderscheiden op grond van ernst van de ziekte op moment van diagnose, type eerste behandeling, intieel IOP, risico factoren, prognostische factoren en levensverwachting. De kosten-effectiviteit zal onderzocht worden met behulp van een ziekteprogressie model waarin gebruik wordt gemaakt van discrete event simulation. De input van het model zal gebaseerd worden op a) medische literatuur, b) systematische reviews van het effect van behandeling op IOP, het optreden en progressie van glaucoom, en therapietrouw, c) een grote observationele cohort studie van medicinaal behandelde OH en POAG patiënten, en d) een cross-sectionele observationele studie naar visueel functioneren en kwaliteit-van-leven in OH en POAG patiënten. Het model zal de kosten-effectiviteit in kaart brengen vanuit een maatschappelijk perspectief. De kostentypen die worden meegenomen zijn directe medische en niet-medische kosten, en indirecte niet-medische kosten. Kosten en effecten zullen verdisconteerd worden met 4% per jaar. De patiënten die in het model bestudeerd zullen kunnen worden zijn OH en POAG patiënten. De behandelmogelijkheden die in het model zullen worden geïncludeerd zijn het monitoren van ziekteprogressie met perimetrie, medicamenteuze behandeling, laserbehandeling en chirurgie. De uitkomstparameters zijn de kosten per gewonnen voor visus-gerelateerde-kwaliteit-van-leven gecorrigeerd levensjaar, kosten per jaren met blindheid en kosten per gewonnen voor kwaliteit van leven gecorrigeerd levensjaar (QALY).

Kenmerken

Projectnummer:
94504451
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2005
2008
Gerelateerde programma's:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Dr. J.S.A.G. Schouten
Verantwoordelijke organisatie:
Maastricht Universitair Medisch Centrum+