Cost-effectiveness of selecting compatible donor blood in Rhc- end RhE negative females during and before reproductive age to prevent hemolytic disease in the newborn (HDN).
Projectomschrijving
Producten
Auteur: Koelewijn JM, Vrijkotte TG, van der Schoot CE, Bonsel GJ, de Haas M.
Magazine: Transfusion
Auteur: Birnie E, Bonsel G, de Haas M, Koelewijn J, van der SChoot CE, Vrijkotte TGM
Verslagen
Eindverslag
Op het ogenblik wordt bij iedere transfusie alleen rekening gehouden met de ABO-bloedgroep en de Rh-factor (Rheus D). Dit betekent dat na iedere bloedtransfusie iemand een antistof kan maken tegen andere bloedgroepantigenen, zoals de Rhesusantigenen c en E. Wanneer een zwangere vrouw vroeger een bloedtransfusie heeft gehad, kan zij antistoffen hebben gemaakt die gericht zijn tegen de rode bloedcellen van het kind. Deze kunnen bij het kind de hemolytische ziekte van de pasgeborene veroorzaken, een ziekte die mits tijdig ontdekt meestal wel behandeld kan worden, maar met grote kosten en ook risico’s, bijvoorbeeld behandeling door bloedtransfusies aan het kind in de baarmoeder. Wanneer we bij het geven van bloed aan alle meisjes en vruchtbare vrouwen ook rekening zouden houden met andere antigenen, zouden deze ziektegevallen voorkomen kunnen worden. Voor het bloedgroepantigeen K is om die reden al besloten, dat alle vrouwen <45 jaar K-negatief bloed krijgen toegediend. Omdat we uit eerdere studies weten dat het behalve antiK- en antiD-antistoffen vooral antiRhc en anti-RhE zijn die HZP veroorzaken is in dit project onderzocht hoeveel ziektes en kosten voor het opsporen en behandelen van deze ziektes kunnen worden voorkomen wanneer alle vrouwen < 45 jaar c en/of E compatibel bloed toegediend krijgen.