Increased cancer incidence in patients with type 2 diabetes using sulphonylureas?
Samenvatting na afronding
Mensen met overgewicht en diabetes hebben een verhoogd risico op het krijgen van sommige kankersoorten, bijvoorbeeld borst- en darmkanker. Mensen met suikerziekte worden behandeld met medicijnen om de bloedsuiker te verlagen. De SU-derivaten zijn een groep van deze bloedsuikerverlagende middelen, en binnen deze SU-derivaten bestaat er een voorkeur voor gliclazide.
Het gebruik van SU’s is in epidemiologisch onderzoek geassocieerd met een mogelijk verhoogd risico op kanker, hoewel de kwaliteit van onderzoek te wensen overlaat. Voor glicazide bestaan aanwijzingen dat gebruik hiervan, vergeleken met andere SU-derivaten, mogelijk een gunstig effect zou kunnen hebben op het risico om kanker te krijgen.
Resultaten
Dit onderzoek heeft gekeken naar de SU-derivaten en gekeken of behandeling met het SU-derivaat gliclazide beschermend werkt op het krijgen van kanker.
De eindconclusie is dat er geen significante verschillen zijn gevonden. Gliclazide werkt niet beschermend in vergelijking met de andere SU-derivaten.
Samenvatting bij start
Er zijn ongeveer 300.000 mensen met type 2 diabetes die medicatie uit de klasse sulfonylureumderivaten (SU’s) gebruiken.
SU’s zijn erg effectief en na metformine de tweede keus in de medicamenteuze behandeling. Vanwege verschillen in veiligheid tussen SU’s onderling wordt in de Nederlandse huisartsenrichtlijn een voorkeur uitgesproken voor het SU gliclazide.
Het gebruik van SU’s is in epidemiologisch onderzoek geassocieerd met een verhoogd risico op kanker. Er zijn aanwijzingen dat dit niet voor gliclazide geldt, maar hiervoor is onvoldoende bewijs.
Dit zal daarom nader worden onderzocht door gegevens van 63.000 diabetespatiënten te combineren met de Nationale Kanker Registratie.
Onderzoek naar oude, vertrouwde en veel toegepaste geneesmiddelen kan de keuzes in de richtlijn verduidelijken. Als een gunstig effect van gliclazide op de kankerincidentie wordt bevestigd, kan dit bijvoorbeeld aanleiding zijn om patiënten met een ander SU actief om te zetten naar gliclazide. Dit kan ook effecten hebben op de gezondheidskosten.
Producten
Auteur: Schrijnders D, Wever R, Kleefstra N, Houweling ST, van Hateren KJ, de Bock GH, Bilo HJ, Groenier KH, Landman GW
Magazine: Diabetes, Obesity and Metabolism
Auteur: Hendriks, Anne M., Schrijnders, Dennis, Kleefstra, Nanne, de Vries, Elisabeth G.E., Bilo, Henk J.G., Jalving, Mathilde, Landman, Gijs W.D.
Magazine: European Journal of Pharmacology
Auteur: Schrijnders, Dennis, Kleefstra, Nanne, Landman, Gijs W. D.
Magazine: Diabetologica
Auteur: Schrijnders, Dennis, Houweling, Sebastiaan T., Landman, Gijs W.D.
Magazine: Diabetes Care
Auteur: Schrijnders, Dennis, Hartog, Laura C., Kleefstra, Nanne, Groenier, Klaas H., Landman, Gijs W. D., Bilo, Henk J. G.
Magazine: PLoS ONE
Auteur: Schrijnders D, de Bock GH, Houweling ST, van Hateren KJJ, Groenier KH, Johnson JA, Bilo HJG, Kleefstra N, Landman GWD
Magazine: BMC Cancer
Auteur: Hendriks, Steven H, Schrijnders, Dennis, van Hateren, Kornelis JJ, Groenier, Klaas H, Siesling, Sabine, Maas, Angela H E M, Landman, Gijs W D, Bilo, Henk J G, Kleefstra, N
Magazine: BMJ Open
Auteur: Schrijnders, Dennis, Hendriks, Steven H., Kleefstra, Nanne, Vissers, Pauline A. J., Johnson, Jeffrey A., de Bock, Geertruida H., Bilo, Henk J. G., Landman, Gijs W. D.
Magazine: PLoS ONE
Auteur: Berber Dijkstra Eglantine Barents Margreet Sangers Gijs Landman Dennis Schrijnders
Auteur: Schrijnders, Dennis
Auteur: Schrijnders D, de Bock GH Kleefstra N, van Hateren K, Bilo H, Landman GW
Verslagen
Eindverslag
Mensen met overgewicht en suikerziekte hebben een verhoogd risico op het krijgen van sommige kankersoorten, bijvoorbeeld borst- en darmkanker. Mensen met suikerziekte worden behandeld met medicijnen om de bloedsuiker te verlagen. De SU-derivaten zijn een groep van deze bloedsuikerverlagende middelen, en binnen deze groep bestaat er een voorkeur voor gliclazide. Van deze klasse bestaan aanwijzingen dat ze mogelijk een gunstig effect zouden hebben op het risico om kanker te krijgen. Dit onderzoek heeft gekeken naar deze SU-derivaten en gekeken of behandeling met de SU-derivaat gliclazide beschermend werkt op het krijgen van kanker. De eindconclusie is dat er geen verschillen zijn gevonden. Gliclazide werkt niet beschermend in vergelijking met de andere SU-derivaten.
In de medicamenteuze behandeling van mensen met type 2 diabetes is het toevoegen van een sulfonylureumderivaat (SU) vaak de tweede stap na metformine. Chronisch gebruik van een SU zou geassocieerd kunnen zijn met een verhoogd risico van kanker, hoewel de studies die dit aantonen van matige kwaliteit zijn. Vooralsnog is de algemene consensus dat er onvoldoende bewijs is dat SUs een hoger kankerrisico geven.
Van SUs is bekend dat er verschillen tussen de individuele middelen bestaan. Er zijn belangrijke verschillen op het gebied van aantal hypoglycemieën en mogelijk beschermen sommige SUs wel en anderen niet tegen hart- en vaatziekten. Of deze verschillen ook bestaan met betrekking tot kanker is niet duidelijk. De studies die er zijn gedaan geven geen goed antwoord op deze vraag. De resultaten uit voorgaande studies kunnen worden verklaard door verschillende factoren.
Zo gebruiken oudere studies verouderde maten voor blootstelling aan medicatie of houden geen rekening met verschillende verstorende factoren. Door onjuiste statistische methoden kunnen verschillen ontstaan terwijl deze er in werkelijkheid helemaal niet zijn. Het is tot op heden onduidelijk of er tussen de verschillende SUs verschillen bestaan.
Het doel van deze studie is te onderzoeken of er een
verschil in kankerrisico bestaat tussen de verschillende SUs, rekening houdend met belangrijke verstorende factoren en uitgevoerd met verbeterde statistische analysemethoden. Om deze onderzoeksvraag te beantwoorden is de prospectieve ZODIAC (Zwolle Outpatient Diabetes Integrating Available Care) studie gekoppeld aan data van de Nederlandse Kankerregistratie (IKNL). Door middel van verschillende analyses zal vervolgens worden onderzocht of er verschillen in kankerrisico bestaan en eventueel welk(e) SU(s) het laagste kankerrisico geeft/geven.