Mobiele menu

Kennissynthese Ouderen en het zelfgekozen levenseinde

Kennissynthese: Ouderen en het zelfgekozen levenseinde
 
Vraagstuk De problematiek rond ouderen met een wens hun leven te beëindigen staat al jaren op de publieke agenda. Daarbij worden begrippen niet altijd eenduidig gehanteerd en is er sprake van kennisversnippering. Voor hulp bij levensbeëindiging moet volgens de wet sprake zijn van ondraaglijk lijden bij een medisch classificeerbare aandoening. Wat is er bekend over doodswensen en wat kenmerkt het publieke debat?

Onderzoek
In het publieke debat gaat het bij de bedoelde wens tot levensbeëindiging om de term 'voltooid leven'. In een literatuuronderzoek is nagegaan welke kennis er over dit onderwerp voorhanden is.

Uitkomst Ongeveer 1 op de 7 ouderen heeft 'wel eens' doodswensen of –gedachten en 1 op de 30 ouderen heeft een actuele wens, bijvoorbeeld vanwege eenzaamheid. De meeste ‘voltooid leven-verzoeken’ worden door artsen afgewezen; ook artsenorganisatie KNMG is niet voor hulp bij levensbeëindiging zonder onderliggende aandoening. Intussen willen wel steeds meer Nederlanders zelf beschikken over het eigen doen en laten.

Verslagen


Eindverslag

Voor hulp bij levensbeëindiging binnen de Wet Toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding is het noodzakelijk dat er sprake is van ondraaglijk lijden dat zijn grondslag vindt in een medisch classificeerbare aandoening. Een van de punten van discussie in het debat over de toelaatbaarheid en regulering van levensbeëindiging op verzoek betreft de problematiek van ouderen die een wens tot levensbeëindiging hebben zonder dat daar ondraaglijk lijden als gevolg van een medische aandoening aan ten grondslag ligt. Vaak wordt naar deze problematiek verwezen met de term 'voltooid leven'. In een literatuuronderzoek werd nagegaan welke kennis er over dit onderwerp voorhanden is.

Onderwerpen

Kenmerken

Projectnummer:
20005095422
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2014
2014
Gerelateerde programma's:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Prof. dr. A. van der Heide
Verantwoordelijke organisatie:
Erasmus MC