Meedoen met Afasie in de Praktijk (MAP): Implementatie van innovatieve behandeloplossingen
Mensen met afasie, een taalstoornis door niet-aangeboren hersenletsel, kunnen van de ene op de andere dag niet meer communiceren zoals ze dat willen. Omdat taal het belangrijkste instrument is voor sociale participatie, heeft afasie desastreuze gevolgen voor iemands dagelijks functioneren. Uit onderzoek blijkt dat er momenteel geen geschikt materiaal gericht op verbetering van communicatie in het dagelijks leven bestaat. Dit project brengt hier verandering in door materialen beschikbaar te stellen die hiervoor zijn ontwikkeld.
Doel
Het doel van dit project is het evalueren, verder ontwikkelen en landelijk beschikbaar stellen van nieuwe behandelmaterialen gericht op het verbeteren van alledaagse communicatievaardigheden van mensen met afasie. Het gaat om materialen die logopedisten helpen bij het samen met mensen met afasie stellen van doelen (een ‘besliswizard’) en zowel ‘low-tech’ (een handreiking en printbare modules) als ‘high-tech’ (Virtual Reality) behandelmaterialen.
Aanpak
Het project wordt uitgevoerd volgens een participatieve aanpak, waarbij onderzoekers, afasietherapeuten en mensen met afasie nauw samenwerken. Op deze manier wordt ervoor gezorgd dat de definitieve materialen goed aansluiten bij de doelen, mogelijkheden, behoeften en omstandigheden van de beoogde gebruikers. Hoewel de doelen van het project vaststaan, biedt de aanpak ruimte voor flexibiliteit, dynamiek en samen leren.
Het kernteam, dat bestaat uit een persoon met afasie, een afasietherapeut en een onderzoeker, wordt ondersteund door een projectgroep. Deze bestaat uit meer afgevaardigden van deze perspectieven, aangevuld door naasten. De projectgroep voorziet het kernteam van gevraagd en ongevraagd advies.
Samenwerkingspartners
Dit onderzoek wordt uitgevoerd door het kernteam en de projectgroep van Meedoen met Afasie in de Praktijk (MAP), met als projectleider Rimke Groenewold van het UMCG. Samenwerking met zorgprofessionals en hun cliënten in diverse werk- en zorgsettingen (eerste lijn, verpleeghuizen, afasiecentra) speelt tijdens het gehele project een belangrijke rol. Op verschillende momenten worden zij uitgenodigd materialen te evalueren. In dit proces wordt samengewerkt met onder andere AfasieNet, kwaliteitskringen gericht op neurologie en het Landelijk Samenwerkingsverband Afasiecentra. Tot slot wordt voor de uitbreiding en doorontwikkeling van de materialen samengewerkt met professionele ontwerpers en technische ontwikkelaren.
Verwachte resultaten
- Mensen met afasie kunnen voortaan passende behandeling krijgen gericht op ‘meedoen’ in het dagelijks leven. Verder krijgen mensen met afasie die meedoen aan het project een actieve rol in het verbeteren van zowel de behandelpraktijk als hun eigen communicatievaardigheden.
- Voor naasten geldt dat zij baat kunnen hebben bij de toegenomen eigen regie en zelfstandigheid van hun naasten met afasie.
- Voor afasietherapeuten levert het project materialen op die zij kunnen inzetten om samen met hun cliënten te werken aan het stellen van en werken aan behandeldoelen gericht op het verbeteren van alledaagse communicatievaardigheden.