Neurocognitive predictors of treatment outcome in cocaine patients: the role of cognitive control

Projectomschrijving

Aanpassingsgedrag van de hersenen voorspelt therapietrouw
Therapietrouw is een groot probleem bij verslaafden. Ongeveer de helft van de cliënten die deelneemt aan een behandeling, geeft het binnen een maand op. Maar wie geeft het op en wie niet? Prof. dr. Ingmar Franken denkt dat iemands mate van ‘cognitieve controle’ daar een belangrijke maat voor is.

Doel
Het doel van dit project is om beter te kunnen voorspellen of cliënten hun therapie blijven volgen. Daarvoor gaat Franken patiënten met cocaïneverslaving onderzoeken met een EEG en een fMRI- scanner. De proefpersonen doen tijdens het onderzoek een test. Als ze een fout maken, ontstaat in de hersenen een reactie. Bij cocaïneverslaafden is deze reactie afgevlakt, waardoor hun gedrag zich waarschijnlijk minder goed aanpast na een fout. Franken onderzoekt of de mate van reactie in de hersenen na een fout voorspellend is voor het succes van de verslavingstherapie.

Doelgroep
Onderzoekers, behandelaars verslavingszorg

Verslagen

Eindverslag

Het huidige onderzoek heeft aangetoond dat het mogelijk is om bij drugsverslaafden al in de eerste week van de detoxificatie behandeling met behulp van neurocognitieve methoden te identificeren wie het risico loopt om terug te vallen in druggebruik. Er is met behulp van fMRI onderzocht of aandachtsbias-gerelateerde activiteit in de hersenen een voorspeller is van terugval in druggebruik. Dit onderzoek werd uitgevoerd bij cocaïne afhankelijke patiënten tijdens hun eerste week van de detoxificatie behandeling. De resultaten laten zien dat een hogere aandachtsbias-gerelateerde activiteit in de rechter dACC (r-dACC) en zelf-gerapporteerde craving in de week voor de behandeling, voorspellend waren voor cocaïnegebruik 3 maanden na behandeling. Aandachtsbias-gerelateerde r-dACC activiteit bleek een sterke voorspeller van terugval, zelfs nadat er gecontroleerd werd voor zelf-gerapporteerde craving. Verder is onderzocht of foutenverwerking – een indicator van cognitieve controle – voorspellend is voor cocaïnegebruik 3 maanden na detoxificatie behandeling. Om foutenverwerking in de hersenen te meten werden event-related-potentials (ERP’s) gemeten met behulp van EEG tijdens het uitvoeren van een snelle reactietijdtaak. ERP’s, in dit geval de Error-Related Negativity (ERN), geven de hersenactiviteit weer die te relateren is aan een specifieke gebeurtenis tijdens het uitvoeren van een cognitieve taak. De resultaten laten zien dat cocaïne afhankelijke patiënten een lagere ERN hadden dan gezonde controles. Nog belangrijker, de resultaten lieten zien dat de grootte van de ERN voorspellend was voor terugval in cocaïnegebruik, namelijk: patiënten met een kleinere ERN gebruikten meer cocaïne in de 3 maanden na de detoxificatie behandeling dan patiënten die een grotere ERN hadden. Met andere woorden, patiënten met een slechtere foutenverwerking in de hersenen zijn vatbaarder voor terugval in cocaïnegebruik.

Een van de grootste uitdagingen in behandeling van middelenafhankelijkheid is het verbeteren van de resultaten van behandeluitkomsten. Uitvalpercentages in detoxificatie-klinieken voor illegale drugs zijn ongeveer 50% binnen de eerste maand. Op dit moment is er onvoldoende kennis over de factoren die deze uitkomst beïnvloeden. Recente vooruitgangen in klinische en cognitieve neurowetenschappen zouden ons betere onderzoeksmethoden kunnen bieden om behandeluitkomsten te voorspellen. In het huidige onderzoek zullen we ons richten op de rol van cognitieve controle. Specifiek stellen we voor om twee maten van neurocognitieve controle geassocieerd met cocaïne afhankelijkheid te onderzoeken: gereduceerde foutenverwerking en gereduceerde controle over aandacht. We zullen de neurofysiologische correlaten van cognitieve controle meten met Event Related Potentials (ERPs; foutenverwerking) en functionele Magnetic Resonance Imaging (fMRI; controle over aandacht) in twee aparte studies. Specifieker zijn we geïnteresseerd in een verminderd Error-Related Negativity (ERN) als maat van gereduceerde foutenverwerking en verminderde rostro-ventrale anterieur cingulate cortex activatie als neurofysiologische maat van gereduceerde controle over aandacht. Om deze neurocognitieve parameters te meten zullen de deelnemers een Eriksen flanker taak uitvoeren (voor de foutenverwerking) en een cocaïne Stroop taak (voor de controle over aandacht) tijdens de eerste week van hun detoxificatie behandeling. Daarnaast zullen we, om de daadwerkelijke verminderde Error-Related Negativity en verminderde rostro-ventrale anterieur cingulate cortex activatie te meten, de baseline metingen vergelijken met een gezonde controle groep. Het belangrijkste is dat we na een maand zullen bekijken of patiënten de detoxificatie behandeling hebben afgemaakt (nakomen van behandeling) en na 3 maanden zullen we behandeluitkomst meten (terugval) met behulp van een gestructureerd interview en urine analyse. We zullen de voorspellende waarde van deze neurofysiologische en gedragsmaten van cognitieve controle onderzoeken voor zowel nakomen van de behandeling als terugval.

Samenvatting van de aanvraag
One of the major challenges in substance dependence treatment is to improve treatment outcome. Dropout rates in detoxification clinics for illicit drugs are about 50% within the first month. Currently, there is insufficient knowledge about the factors influencing this outcome. Recent advances in clinical and cognitive neuroscience might give us better measures to predict treatment outcome. In the present study we will focus on the role of cognitive control. More specifically, we propose to examine two indices of neurocognitive control associated with cocaine addiction: reduced error processing and reduced attentional control. We will measure the neurophysiological correlates of these mechanisms using Event Related Potentials (ERPs; error processing) and functional Magnetic Resonance Imaging (fMRI; attentional control) in two separate studies. More specifically, we are interested in a decreased Error-Related Negativity (ERN) as measure of reduced error-processing and reduced rostro-ventral anterior cingulate cortex activation as neurophysiological indices of reduced attentional control. In order to assess these neurocognitive parameters participants will carry out an Eriksen flanker task (for the error-processing study and a cocaine Stroop task (for the attentional control task) during the first week of their detoxification. In addition, in order to assess the actual decreased Error-Related Negativity and reduced rostro-ventral anterior cingulate cortex activation we will compare the baseline findings to healthy control groups. Most importantly, after one month we will assess whether patients completed the detoxification treatment (treatment compliance) and after 3 months we will assess treatment outcome (relapse rates) by means of a structured interview and urine analysis. We will examine the predictive value of the neurophysiological and behavioral indices of cognitive control for both treatment compliance and relapse rates.
Onderwerpen
Kenmerken
Projectnummer:
31160203
Looptijd:
2009
2013
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Prof. dr. I.H.A. Franken PhD
Verantwoordelijke organisatie:
Erasmus Universiteit Rotterdam