Pharmacogenetic testing in the clinical setting: is screening for TPMT genotype a cost-effective treatment strategy? The first prospective randomized controlled trial within the Dutch health care system.
Thiopurine-behandeling geeft ook vaak bijwerkingen. Door een genetische test van het thiopurine-S-methyltransferase (TPMT) gen voor de behandeling kan een gedeelte hiervan worden voorkomen.
Het is nog onduidelijk of de extra kosten van de genetische test opwegen tegen de baten. Om dit te onderzoeken hebben we 850 patiënten met de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa gevolgd.
De helft van de patiënten is behandeld volgens standaard protocol. Bij de andere helft is vóór aanvang van de behandeling een genetische test van het TPMT gen uitgevoerd. Op basis hiervan is de dosis van de medicatie aangepast. De bijwerkingen, effectiviteit en kosten van de behandeling worden vergeleken om vast te stellen of de klinische voordelen van de genetische test opwegen tegen de kosten.
Achtergrond: Farmacogenetisch onderzoek beoogt de optimalisering van behandelingen met geneesmiddelen, door de invloed van genetische factoren bij de keuze en de dosering van het medicijn te betrekken. Een belangrijke farmacogenetische test is de genotypering van thiopurine S-methyltransferase (TPMT) voorafgaand aan een thiopurine behandeling. Deze behandeling gaat vaak (15-50%) gepaard met bijwerkingen, waaronder levensbedreigende beenmergsuppressie. Hierdoor is regelmatig onderzoek van orgaanfuncties en aantallen bloedcellen van de patiënten noodzakelijk. Genetische variatie van het TPMT gen leidt bij 11% van de patiënten tot een verlaagde en bij 0.6% tot zeer lage/verwaarloosbare TPMT enzymactiviteit. De variatie in het TPMT gen verklaart 25-40% van de beenmergsuppressie bij patiënten met inflammatoire darmziekten (IBD). Door aanpassing van de dosis thiopurine op basis van een genetische test van het TPMT gen kunnen bijwerkingen worden voorkomen en de effectiviteit en (mogelijk de) efficiëntie van de behandeling worden verbeterd. Vraagstelling: Is farmacogenetisch testen van TPMT voorafgaand aan een thiopurine behandeling bij patiënten met IBD kosteneffectief. Studieopzet: Prospectief gerandomiseerd, dubbel geblindeerd onderzoek (RCT). Tot december 2010 zullen patiënten onder behandeling bij afdelingen Maag-, Darm-, Leverziekten/Interne Geneeskunde van algemene en universitaire ziekenhuizen in het onderzoek worden ingesloten. Studiepopulatie: Duizend patiënten van 18 jaar en ouder met IBD waarbij behandeling met thiopurines (azathioprine of 6-mercaptopurinie) gestart zal worden. Uitgesloten zijn patiënten die ooit eerder met azathioprine of 6-mercaptopurine behandeld zijn. Patiënten met gelijktijdig gebruik van allopurinol, leukocyten aantallen <3x109 /l, gereduceerde lever- of nierfunctie, bekende TPMT fenotypering (enzym activiteit / 6-TG & 6-MMP metabolieten) of genotypering, zwangerschap en borstvoeding worden eveneens uitgesloten van deelname. Interventie: Bij de helft van de deelnemers (interventie groep: 500 patiënten) vindt voorafgaand aan de thiopurine behandeling typering van het TPMT gen plaats. Dit gen codeert voor het TPMT enzym, wat een belangrijke rol speelt bij de werking van thiopurine. Op basis van de genotypering zal een persoonlijk behandelplan worden geadviseerd. De andere 500 patiënten (controle groep) worden volgens standaard protocol behandeld. Uitkomstmaten zijn bijwerkingen, de effectiviteit van de behandeling na 5 maanden, kwaliteit van leven en de kosten van de behandeling. De economische evaluatie zal worden gedaan vanuit een maatschappelijk perspectief. Resultaten en conclusies: Resultaten van het onderzoek met betrekking tot de kosteneffectiviteit van farmacogenetisch onderzoek van het TPMT gen zullen bijdragen aan de besluitvorming omtrent het invoeren van farmacogenetische testen in de klinische praktijk voor het optimaliseren van behandelingen. Daarnaast worden de resultaten in presentaties gebruikt en gepubliceerd in wetenschappelijke tijdschriften.