Mobiele menu

Praten over opvoeden: moeders aan zet!

Stichting Buitenlands Vrouwenoverleg (BVO) wil met dit project zorgen dat allochtone ouders hun kinderen beter kunnen begeleiden in hun schoolloopbaan en in hun ontwikkeling tot volwassene. Om dit te bereiken worden ‘opvoedintermediairs’ ingezet. Er leven veel opvoedingsvragen bij de allochtone ouders, en de reguliere opvoedingsondersteuning bereikt hen niet. In Moeders aan zet geeft een netwerk van allochtone vrijwilligers, de zogenaamde contactvrouwen, onderlinge steun aan allochtone moeders met opvoedproblemen. Zij bespreken thema’s als opvoeding in een andere cultuur, de problemen die ze daarbij ondervinden, en hoe ouders kansen voor hun kinderen in de samenleving kunnen vergroten. Dit project voorziet in een training van deze contactvrouwen en andere geïnteresseerde allochtone moeders, zodat zij als opvoedintermediairs op kunnen treden. Hierdoor zijn zij in staat om opvoedingsproblematiek te signaleren en bespreekbaar te maken in vrouwengroepen en op andere niet georganiseerde ontmoetingsplekken van vrouwen. Het project resulteert in een methodiekbeschrijving.

Verslagen


Eindverslag

Stichting Buitenlands Vrouwenoverleg (BVO) beoogt met het project Moeders aan zet dat al-lochtone ouders door de inzet van opvoedintermediairs hun kinderen beter kunnen begeleiden in hun schoolloopbaan en in hun ontwikkeling tot volwassene. Dit doen zij omdat er veel op-voedingsvragen bij de allochtone ouders leven, en de regulier opvoedingsondersteuning hen niet bereikt.
In Moeders aan zet geeft een netwerk van allochtone vrijwilligers, de zogenaamde contact-vrouwen, onderlinge steun aan allochtone moeders met opvoedproblemen. Zij bespreken thema’s als opvoeding in een andere cultuur, de problemen die ze daarbij ondervinden, en hoe ouders kansen voor hun kinderen in de samenleving kunnen vergroten. Dit project voorziet in een training van deze contactvrouwen en andere geïnteresseerde allochtone moeders, zodat zij als ‘opvoedintermediairs’ op kunnen treden. Zij zijn door de training in staat om opvoedings-problematiek te signaleren en bespreekbaar te maken in vrouwengroepen en op andere niet georganiseerde ontmoetingsplekken van vrouwen.

In december 2009 is het project: 'Praten over opvoeden: Moeders aan zet!' van start gegaan. Het gevormde netwerk van intermediairs heeft van januari t/m april 2010 een training genoten onder leiding van GGD\Centrum Jong Zaanstad. Tijdens deze training zijn onderwerpen besproken als socialisatie, grenzen stellen en conflicten, keuzes maken, je eigen grenzen kennen en communicatie. De opvoedintermediars gaven aan dat ze nu weten hoe ze hun eigen mensen verder kunnen helpen ipv alleen luisteren. Zij gaven aan dat ze nu beter hun mensen konden helpen ,eigenkracht versterken door kennis aan de contactvrouwen tegeven.In april is de uitvoering binnen de meeste groepen van start gegaan in de vorm van reeksen voorlichtingsbijeenkomsten en trainingen aan moeders en bezoeken aan CJG’s in Zaanstad, onder leiding van de intermediairs.
Naast de reguliere groepen zijn een aantal externe groepen bereikt binnen het project. In samenwerking met Stichting MEE en Stichting Welsaen.

In het project wordt samengewerkt met Centrum Jong ,GGD, welzijnsorganisatie Stichting Welsaen en Gemeente Zaanstad. Het project resulteert in een methodiekbeschrijving.

In december 2009 is het project: 'Praten over opvoeden: Moeders aan zet!' van start gegaan. Het gevormde netwerk van intermediairs heeft van januari t/m april 2010 een training genoten onder leiding van GGD Zaanstad. Tijdens deze training zijn onderwerpen besproken als socialisatie, grenzen stellen en conflicten, keuzes maken, je eigen grenzen kennen en communicatie. In april is de uitvoering binnen de meeste groepen van start gegaan in de vorm van reeksen voorlichtingsbijeenkomsten en trainingen aan moeders en bezoeken aan Centrum Jong in Zaandam, onder leiding van de intermediairs.

Onderwerpen

Kenmerken

Projectnummer:
155030024
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2009
2012
Gerelateerde programma's:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
L. Lamsarouad
Verantwoordelijke organisatie:
Stichting BVO