Mobiele menu

PSychosegevoeligheid begrijpen vanuit InterGenerationele en Neurobiologische ontwikkelingsrisico's

Psychosegevoeligheid wordt vaak pas in de volwassenheid gediagnosticeerd, maar kan al vroeg in de levensloop tot uiting komen. Maar deze vroege ontwikkelingsproblemen, zoals aandacht, concentratie en sociale interactieproblemen, worden nog zelden herkend als psychose voorstadia. Dit komt omdat niet bekend is hoe, wanneer en voor wie dit risico ontstaat. Daarom wil ik beter begrijpen hoe vanuit intergenerationele en levensloop kwetsbaarheden dit psychoserisico vanaf jonge leeftijd tot uiting komt en welke vroegkinderlijke risicofactoren een rol spelen. 

Doel

In dit onderzoek, gebruikmakend van unieke klinische en algemene populatiedatasets, multi-dimensionele metingen en nieuwe genetische methoden, ga ik vanuit een trans-diagnostisch levensloopperspectief onderzoeken hoe én wanneer risico én beschermende factoren voor psychosegevoeligheid van ouder op kind worden overgedragen. Deze uitgebreide benaderingswijze zal bijdragen aan eerdere herkenning en preventie van psychosegevoeligheid. Uiteindelijk wil ik hiermee risico en veerkracht factoren identificeren zodat goede preventieve interventies de juiste jongeren bereiken.

Aanpak/werkwijze

Als eerste stap zal ik gebruikmaken van de Generation R Studie data, een prospectief algemene populatiecohort. Vervolgens zal ik ‘high-risk offspring’ cohorten gebruiken van kinderen van ouders met psychotische, bipolaire, en depressieve stoornissen voor een vertaling naar de klinische praktijk. In beide designs zal ik innovatieve genetische ouder-kind trio analyses met DNA van vaders, moeders, en kinderen toepassen. Op deze manier kan ik onderzoeken hoe intergenerationele overdracht van psychische problemen van ouder op kind verklaard kan worden door de wisselwerking tussen genen en omgeving. Door de prospectieve aard van de data kan ik ook ‘windows of risk/opportunity’ voor vroegherkenning onderzoeken.

Afbeelding
Polygenic score figuur

Samenwerkingspartners

Het PSIGEN project bestaat uit onderzoekers van het Erasmus MC, Erasmus Universiteit Rotterdam en University College London. Er is nauwe samenwerking met onderzoekers van het door de European Research Council gefinancierde FAMILY-consortium. Ook wordt er in dit project samengewerkt met vertegenwoordigers jongeren-, cliënt-, en naastenorganisaties, zoals de Nationale Jeugdraad (NJR), Ypsilon, en Anoiksis. Het onderzoeksteam bestaat uit diverse nationale en internationale experts van verschillende wetenschapsvelden, waaronder genetica, epidemiologie en (kinder- en jeugd-)psychiatrie, waarbij er nauw wordt samengewerkt met organisaties die personen met ‘lived experience’ met psychische kwetsbaarheid en hun naasten vertegenwoordigen.

(Verwachte) resultaten

Naar verwachting zal dit onderzoek de causale vroegkinderlijke beschermende en risicofactoren voor psychosegevoeligheid in kaart brengen. Dit zal kunnen bijdragen aan het verbeteren van vroegherkenning van verhoogde psychosegevoeligheid bij jongeren en welke ‘windows of risk’ hiervoor belangrijk zijn, met de potentie om de kwaliteit van leven te verbeteren. En door ook te focussen op veerkracht in plaats van alleen risico, zal het PSIGEN project ook bijdragen aan een noodzakelijk positief perspectief, met de hoop dat dit jongeren en hun naasten nuttige handvatten kan bieden. Uiteindelijk zal dit onderzoek de basis bieden voor nieuwe predictiemodellen voor in de klinische praktijk.

Kenmerken

Projectnummer:
05550032310013
Looptijd: 18%
Looptijd: 18 %
2024
2025
Gerelateerde programma's:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
dr. K. Bolhuis MD PhD
Verantwoordelijke organisatie:
Erasmus Medisch Centrum