Screening depressieve stoornis oncologische patienten in palliatieve fase; een onderzoek in huisartspraktijk en ziekenhuis
Aan de helft van de huisartsen is de SCAN diagnose bekend gemaakt, aan de andere helft niet. Zodoende inventariseren de onderzoekers wat deze informatie betekent voor het gevoerde beleid en het beloop.
De doelstelling van het project was het bepalen van de validiteit en toepasbaarheid van de Beck Depression Inventory (BDI-II) voor patiënten in de palliatieve fase. Bij validering van een meetinstrument gaat men na of het instrument daadwerkelijk meet wat je wilt meten. De BDI-II is een bestaand instrument dat kan helpen bij de diagnose van depressie, maar tot nu toe is in Nederland nooit nagegaan of dit instrument ook gebruikt kan worden bij deze specifieke patiëntengroep. Immers, veel symptomen die bij een depressie voorkomen, zoals gewichtsverlies, vermoeidheid en somberheid, ziet men ook bij patiënten die in de laatste levensfase verkeren. Dit hoeft niet altijd te betekenen dat ze depressief zijn.
Ook zou in dit project onderzocht worden met welke groep van lichamelijke symptomen depressie bij palliatieve patiënten samenhangt. Tenslotte is de BDI-II vergeleken met een ander instrument, de Hospital Anxiety and Depression Scale (HADS). Dit is ook een instrument dat gebruikt wordt om, naast angst, depressie te meten.
In dit verslag vindt u zowel een overzicht van de activiteiten en de resultaten als ook het ingevulde VIP verslag.
In grote lijnen loopt het project op schema. Door een aanzienlijke vertraging bij de METC procedure lopen we achter met de inclusie van patienten.
Mbv extra inspanningen verwachten we de opgelopen achterstand goeddeels te kunnen goedmaken.