Mobiele menu

What is the (cost-) effectiveness of a multidisciplinary treatment program for patients with clinically manifest vascular disease or at high risk for atherosclerosis on risk factor reduction?

Veel mensen met een hart- en vaatziekte of met diabetes (“suikerziekte”) hebben een verhoogde bloeddruk, verhoogd cholesterolgehalte, overgewicht etc. Hierdoor lopen zij een grote  kans op korte termijn (opnieuw) een beroerte of hartaanval te krijgen. In Utrecht is  nagegaan of de kans hierop afneemt als deze mensen door een speciaal team nauwkeurig lichamelijk onderzocht worden en aansluitend gerichte aanbevelingen voor een gezonder leven krijgen, aangevuld met gerichte medicijnen. Dat blijkt inderdaad zo te zijn. Ruim een jaar na het in kaart brengen en behandelen van de risicofactoren waren bij de patiënten de bloeddruk en het cholesterolgehalte lager dan bij een groep vergelijkbare patiënten bij wie het onderzoek niet had plaatsgevonden. Ook hadden zij in dat jaar minder vaak zorg van een specialist nodig gehad. De nieuwe aanpak is kosteneffectief: de totale kosten zijn lager dan het bedrag dat wordt uitgespaard door de verbeterde gezondheid van de patiënten.

Verslagen


Eindverslag

Doel van de studie: Reductie van vasculaire risicofactoren leidt tot minder ziekte en sterfte in patiënten met klinisch manifest vaatlijden en diabetes. Het is echter moeilijk om de risicofactoren te reduceren. In de Risk management in Utrecht en Leiden Evaluation (RULE) studie is onderzocht wat de effectiviteit is van een ziekenhuissetting waarin het risicofactor screening- en preventieprogramma (SMART) bij patiënten met klinisch vaatlijden of type 2 diabetes wordt aangeboden. De vraagstelling hierbij was: wat is de (kosten-)effectiviteit van een multidisciplinair vasculair screening- en preventieprogramma als dit aan patiënten met manifest vaatlijden of type 2 diabetes gericht op risicofactor reductie wordt aangeboden? Studie Design: Prospectieve, vergelijkende studie Setting: Twee universitaire medische centra in Nederland Participanten: 1170 patienten met type 2 diabetes, coronaire hartziekten, cerebrovasculaire ziekten of perifeer vaatlijden verwezen door huisartsen naar internist, neuroloog, cardioloog of vaatchirurg. Interventies In Utrecht (interventie groep) werd aan patiënten met een hoog vasculair risico naast de reguliere zorg het SMART vasculair preventie programma aangeboden. Het vasculair preventie programma bestaat uit de volgende onderdelen: 1. De vragenlijst over hart- en vaatziekten (o.a. gebaseerd op de Rose questionnaire), waarin ook medicatie en dieet zijn opgenomen, 2.Een bloeddrukmeting, 3.Een meting van de vetverdeling met behulp van heuptaille omtrek en Quetelet index, 4.Een 12-afleidingen rust ECG, 5.Duplex onderzoek van de carotiden om de graad van stenose van de arteria carotis vast te stellen, 6.Echografie van de buik, met de vraagstellingen: aneurysma aortae abdominalis en nieratrofie beiderzijds, 7.Enkel / arm index in rust, 8.Bloed- en urineonderzoek: nuchter glucose, totaal cholesterol, triglyceriden, HDL-cholesterol, LDL-cholesterol, homocysteïne waarden, C-reactive proteine, insuline, TSH, plasma kreatinine, (urine) kreatinine klaring en microproteïnurie (albumine/kreatinine ratio). Begin 2006 zijn hier HbA1c en apolipoproteine B aan toegevoegd. Resultaten In de controle groep bleek dat op base-line 2/3 van de risicofactoren niet gedocumenteerd was. Na gemiddeld 16 maanden follow-up bleek dat de systolische bloeddruk en LDL-cholesterol significant lager waren in de interventiegroep in vergelijking met de referentiegroep (systolische bloeddruk: -2.3 mmHg (95%-CI -4.3 tot -0.7 mmHg) en LDL-cholesterol: -0.3 mmol/l (95%-CI -0.4 tot -0.2 mmol/l)). Hoewel de behandeldoelen in de interventiegroep vaker werden bereikt was bij minstens een 1/3 van de patiënten de risicofactoren niet in lijn met de internationale richtlijnen. In de kosteneffectiviteitanalyse zijn de kosten en effecten van beide behandelstrategieën geschat. De analyses zijn opgesplitst in drie onderdelen: (1) het doorrekenen van het effect van bloeddrukdaling, (2) het doorrekenen van het effect van LDL-cholesteroldaling en (3) het doorrekenen van het gecombineerde effect van bloeddruk- en LDL-cholesteroldaling. Wanneer we het effect van zowel de bloeddruk- als LDL-cholesterol daling als gevolg van het aanbieden van een risicofactor screenings- en preventieprogramma (SMART) doorrekenen, levert dit zowel extra geld op (€ 38 per patiënt) als extra gezondheidswinst (0.02 QALY). Dit betekent dat het aanbieden van het risicofactor screening- en preventieprogramma (SMART) bij patiënten met klinisch vaatlijden of type 2 diabetes kosteneffectief is, met name door het bloeddrukverlagende effect van het interventieprogramma. Conclusie Een vasculair screeningsprogramma leidt tot verbetering van de risicofactoren bij patiënten met klinisch manifest vaatlijden en type 2 diabetes. Echter een groot deel van de patiënten bereikt ondanks het screeningsprogramma nog niet de behandeldoelen. Systematische screening alleen is onvoldoende voor adequate risicofactor management bij vaatpatienten en type 2 diabetes.

Onderwerpen

Kenmerken

Projectnummer:
94504256
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2005
2008
Gerelateerde programma's:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Prof. dr. Y. van der Graaf