Active Monitoring versus an Abduction Device for treatment of Infants with Centered Dysplastic Hips, a RCT (TReatment with Active Monitoring (TRAM)-Trial)
In Nederland komt bij 1-4 % van de zuigelingen een afwijkende heupontwikkeling voor (Developmental Dysplasia of the Hip (DDH)). De huidige behandeling van zuigelingen met DDH vindt nu plaats met een spreidvoorziening. Dit is een intensieve behandeling voor ouders en zuigelingen. De spreidvoorziening moet 23 uur per dag gedragen worden gedurende 6 weken tot 6 maanden. Afgezien van het feit dat dit belastend is voor de zuigelingen zijn er ook complicaties van deze behandeling. De heupkop kan onder andere een groeivertraging oplopen. Echter, om de natuurlijke groei en ontwikkeling van de heup te vervolgen kan er ook gekozen worden om de zuigelingen met een stabiele heup met echo-onderzoek te volgen.
In dit onderzoek willen we onderzoeken of het actief volgen (controleren met echo) van zuigelingen met een stabiele heup net zo goed is als het dragen van een spreidvoorziening. Het effect van deze twee behandelingen wordt gemeten na 1 jaar en na 2 jaar.
Richtlijn
Bekijk de bijbehorende richtlijn in de FMS Richtlijnendatabase